Secundaire zuivering

De secundaire zuivering is een biologische zuivering. Daarbij wordt het organisch materiaal afgebroken. Bij deze afbraak worden micro-organismen, waaronder bacteriën gebruikt die het organisch materiaal als voedsel gebruiken.  De micro-organismen produceren een soort slijmlaag die bescherming biedt en de zwevende organische deeltjes absorbeert. Omdat de micro-organismen zich voeden met dit afval, zullen zij toenemen, waardoor extra biologisch slib gevormd wordt. Dit slib is het belangrijkste bijproduct dat ontstaat en vormt ook één van de afvalproducten. Je kunt dit verdelen in verschillende stapjes:

Beluchtingstank
In de beluchtingstank vindt de zuivering plaats. Door zuurstof kunnen de micro-organismen het organische vuil in het water afbreken. Om te voorkomen dat het slib bezinkt in een beluchtingstank en om ervoor te zorgen dat het water in beweging blijft, wordt er een  soort 'mixer'  in de tank geplaatst.

Nabezinktank Overstortrand Het mengel van water en slib wordt weer gescheiden in de nabezinktank. De constructie is hetzelfde als de voorbezinktank. Het slib heeft tijd om te bezinken doordat het water heel langzaam vanuit het midden naar de rand stroomt. Het water dat over de overstortrand van de nabezinktank loopt, is het gezuiverde afvalwater. Onderaan de nabezinktank wordt het meeste secundaire slib teruggepompt naar het begin van het zuiverproces. Secundair slib bestaat uit micro-organismen die een soort slijmlaag produceren die hen bescherming biedt, waarmee ze zich voeden. Omdat ze zich ermee voeden nemen ze toe in aantal, waardoor er extra biologisch slib onstaat. Het secundaire slib is een van de belangrijkste bijproducten dat onstaat bij de zuivering van het afvalwater. Het sliboverschot, ook wel surplusslib genoemd, wordt afgevoerd.